Alpe d’Huez

Na de heftige rit hiernaartoe van gisteren stond één ding vast: vandaag nemen we de wagen niet. Onze dosis beweging begint al bij het ontbijt. Om naar het restaurant te gaan moeten we 170 ( HONDERDZEVENTIG!) trappen naar beneden, en uiteraard terug naar boven.


Zonder echt plan beginnen we daarna te wandelen, de steile helling af naar de vallei. Bergaf gaat makkelijk, al is het soms ook voetje voor voetje omdat het zo steil is.

Eenmaal beneden ontvouwt zich een plan. Laten we eens een deel van weg die we gisteren met de wagen gedaan hebben te voet afleggen zodat er ook wat foto’s zijn van het prachtige panorama. Zo gezegd, zo gedaan. We stappen de hele vallei door en beginnen dan aan de pittige klim richting de eerste te overwinnen hoogte.

We stappen een hele tijd door, naar boven en dan weer wat naar beneden en krijgen zo de tijd om te genieten van de landschappen waar we doorgereden zijn. Er passeren ons heel wat wagens in beide richtingen en we worden aangemoedigd als wielrenners die de Alpe d’Huez oprijden in de tour de France. Mensen zwaaien, steken hun duim op en een paar stoppen zelfs voor een babbeltje: van waar komen jullie? België? Aaaah, Jean-Claude Vandamme!!! Ziehier onze meest bekende landgenoot in Kirgizië. 

Op een bepaald moment horen we opnieuw gedonder in de verte. We staan op een punt waar we kunnen kiezen om nog een zijweg in te slaan of rechtstreeks terug te keren, al is dat ook minstens nog een uur stappen. We kiezen voor het laatste, en dat blijkt opnieuw een goede beslissing. Op het moment dat we het terrein van Supara Chunkurchak bereiken, begint het een beetje te druppelen. En 170 trappen later, wanneer we de deur van ons huisje achter ons dichttrekken, breekt het onweer in volle hevigheid los. De perfecte timing!
PS: tegen vanavond hebben we die 170 trappen 6 keer gedaan… We krijgen hier gratis cardiotraining 😉

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *