Op weg naar een onbekende bestemming

Vandaag een reisdag : op naar de Chong Keminvallei. Het is de toegang tot een natuurgebied waar we morgen op verkenning willen gaan.
’s Ochtends is het even spannend, want de twee dorpen die we hadden als adres ( Imeni Karla Marksa en Karool Dobo ) worden niet herkend door de GPS, en op basis van de coördinaten worden we 600km de foute kant op gestuurd. Uiteindelijk komt Google maps te hulp. Deze kent het eerste dorp, maar geeft tegelijk aan dat de bestemming te ver van een weg ligt. We besluiten het er toch maar op te wagen. Als we al in de buurt zijn, kunnen we het altijd nog eens vragen.
Het vertrek uit Bishkek is alweer chaotisch. Elke automobilist vindt dat hij absoluut voorrang moet krijgen op alle andere. C’est le bordel, zouden mijn Franse collega’s zeggen. Maar eens de stad uit, wordt het rijden een stuk aangenamer.


We rijden in eerste instantie door een uitgestrekt landbouwgebied. Het noorden van de provincie Chui is supervruchtbaar, en met een constante aanvoer van water uit de bergen en zomerse temperaturen, staat alles op het land te blaken van gezondheid. Langs de weg staan overal kraampjes waar ze groenten en fruit verkopen of maïs staan te bakken.
Omdat we tijd genoeg hebben om tot aan ons guesthouse te geraken, maken we een ommetje via Burana. Daar staat een gerestaureerde toren uit de 10de eeuw, het enige overblijfsel van wat eens een bloeiende stad was. De site is zowaar werelderfgoed. Het is er aangenaam vertoeven. De zon schijnt, er waait een briesje en behalve de toren is er nog een museum, een souvenirkraampje en een plek met grafmonumenten die van overal in Kirgizië naar Burana zijn gebracht.

Blijkbaar lieten de oude nomadenstammen een gebeeldhouwde steen achter om het graf van een van hen te markeren. Luguber weetje: de persoon die op de steen staat afgebeeld is de laatste persoon die werd gedood door de overledene of de persoon door wie deze werd gedood. Kwestie van de herinnering levendig te houden.


Voor we verder rijden, proberen we het kampeergerief dat we meehebben even uit om te picknicken onder een boom.


En dan op naar Jekshen Guest House, ergens op een onbestemde plaats in de bergen. We rijden op geen enkel moment naar omhoog, of zo lijkt het toch, maar het landschap zakt onder ons weg en ineens zitten we in de Chong Kemin  vallei, omringd door hoge bergen.

We volgen een bruisende rivier die ons naar een meer open landschap brengt met weilanden en prachtige wilde bloemen. Als onze GPS het voor bekeken houdt – we zitten in Imeni Karla Marksa – vragen we aan een vrouw waar we moeten zijn. Niet evident als je niet dezelfde talen kent, maar de naam Jekshen herkent ze gelukkig wel. We zitten dus in de buurt, al moeten we het nog een keer vragen voor we er geraken.
Guest House Jekshen ligt in het hol van Pluto, en bij het binnenrijden in de poort, waar we hartelijk verwelkomd worden, in het Engels, is ons niet meteen duidelijk waar wij gaan logeren. Maar dan neemt Nora, de vrouw des huizes, ons mee door een gangetje en komen we in een mooie tuin waar zowaar een nieuwbouw staat met kamers die weggelopen lijken uit een boekje. Of hoe een eerste indruk kan bedriegen.

1 reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *