Onderweg

Vanmorgen alweer stralende zon en al rond de 20°. Dit kunnen we gewoon worden. Er staat ons een vrij lange reis voor de boeg: zo’n 385 km. Naar Belgische normen is dat niet veel, maar in Canada is de maximum snelheid heel vaak beperkt tot 80 op 90 per uur (soms ook 50 of 60), dus… Nadat we uitgezwaaid zijn door onze vriendelijke gastheer en -vrouw, rijden we door tot in Vernon, waar we picknicken aan de ‘beach’ van het Kalamalka Lake: zomer ten top! 30 graden, water, zand, de geur van zonnecrème,… zalig na al die kille dagen. We laten ons verleiden en lopen even met onze voetjes in het water, maar het is toch echt wel fris.

Over eten gesproken: het eten in Canada is gevarieerder dan in de VS. Zeker wat restaurants betreft is de keuze veel breder. De wereldkeuken heeft hier overal zijn intrede gedaan en zelfs in de meest onooglijke plaatsjes kan je een Indische curry, sushi of pasta eten. Wat brood betreft gaat het de goede kant op: je kan lekker Frans brood kopen, al laat je het best een dag liggen, dan wordt het beter (proefondervindelijk vastgesteld). Broodbeleg is een ander paar mouwen: de porties zijn op z’n Amerikaans (enorme verpakkingen) en de kwaliteit is niet altijd wow (smeltkaas in alle kleuren, dat wel). Europese kazen en vleesproducten (salami, bv) zijn wel te verkrijgen, maar zijn delicatessen en dus pokkeduur: je betaalt gauw 10 CAD (zo’n €7) voor een doosje Boursin, en dan zwijg ik nog over Camembert of Brie of andere kazen.

Na het  eten gaat het naar Kelowna. We rijden dwars door de Okanagan, een landbouwgebied waar fruit en vee wordt geteeld en waar heel wat wijnboeren zijn. Helemaal anders dan de streken waar we vandaan komen, maar wel mooi. Het is wel veel dichter bewoond en er zijn nog altijd heel veel meren.

In Kelowna staan we zowaar een heel eind aan te schuiven: voor het eerst is er druk verkeer. Het gaat daarna opnieuw de bergen in. Geen besneeuwde toppen dit keer, eerder een XL versie van de Ardèche. Zowat om het kwartier rijdt ons een enorme vrachtwagen met boomstammen voorbij. Tiens, zouden ze hier veel bos hebben, misschien? Daarna gaat het door het  ‘Country of the Lakes’ en ze hebben niet gelogen: het ene meer is nog niet gedaan of het volgende is al begonnen. Ja, er zijn mooie plaatsen op aarde om te wonen.

Het gaat zo door tot in Princeton. Net voor Princeton worden we ‘overrompeld’ door wild: een wapiti in het veld, herten die vlak voor en achter de auto de straat over steken, nog een hert in het veld,.. het kan niet op. Zelfs vanuit de auto is er vanalles te zien!
DSC04675 DSC04677 DSC04680 DSC04682 DSC04687 DSC04688 DSC04697 DSC04700 DSC04703 DSC04704

DSC04705

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *