Superman in Bryce Canyon

Cannonville, waar we logeren, ligt vlakbij het Bryce Canyon National Park. Je zou gaan denken dat natuurparken ons ondertussen de keel beginnen uit te hangen -we hebben er al veel gedaan- maar niets is minder waar. Elk park is zo verschillend van het andere, en zo overdonderend dat we er niet genoeg van krijgen.

Bryce Canyon is bekend voor zijn hoodoo’s. Door een combinatie van dat specifieke rode gesteente en een klimaat waarbij het 200 dagen vriest ’s nachts en dooit overdag, ontstaan een soort pilaren die canyons (kloven) vormen. Het park brengt je naar uitkijkpunten waar je een overzicht over het park krijgt. Deze streek heeft de zuiverste lucht van Noord-Amerika, waardoor je tot 135 (HONDERDVIJFENDERTIG!) km (KILOMETER!!!) ver kan kijken. En geloof me, dat is ver! De vergezichten zijn dus weer niet te doen.

wpid-20140719_140658.jpg

Ook vandaag gaan we de sportieve toer op: tweemaal zelfs. In de voormiddag wagen we ons aan de Navajo Trail: slechts 2,1 km lang, maar de eerste kilometer daal je (in totaal zo’n 150 m) en de tweede kilometer stijg je (diezelfde afstand). En dat opnieuw bij hitte, brandende zon en lage luchtdruk. Het is puffen, vooral het tweede deel. Maar het is weer fenomenaal, vooral als je helemaal beneden in de kloven rondloopt. Als we boven zijn, lees ik in het infoboekje dat je de toer eigenlijk beter in tegengestelde richting doet, omdat je dan iets minder steil moet stijgen. Helaas, het is te laat.

In de namiddag wagen we ons nog aan een tweede tochtje, naar de Mossy Cave.  De grot waar normaal gezien water uit het plafond komt, valt wat tegen, want ze is zo goed als uitgedroogd. Maar door een extra wandelingetje naar de andere kant, komen we aan een waterval die uitmondt in een lekker fris beekje. Het is eigenlijk een kanaaltje dat in het begin van de 19de eeuw met de hand uit de rotsige grond gegraven werd om water af te tappen van een rivier die ’s zomers niet opdroogt, om zo de vallei waar de Mormonen zich vestigden, het jaar rond van water te voorzien.

Hans en Sander hebben vandaag beslist om allebei hun Superman T-shirt aan te trekken. Sander wil ook perse een cape, en loopt dus de hele dag met een rode badhanddoek rond zijn schouders. Het grappige is dat hij minstens 5 keer gevraagd is om mee op de foto te gaan. Ja, prettig gestoord, van wie zou hij dat hebben?

Moe maar voldaan komen we rond vijf uur aan in het hotel. Juist tijd om snel een douche te nemen, voor we rond kwart voor zes naar het plaatselijke stadsparkje gaan waar een Bear Festival met Old Time Fiddlers plaatsvindt. We zijn echter snel terug: de plaatselijke bevolking lijkt niet voorzien op toeristen en we voelen ons een beetje buitenbeentjes. Geen nood, dan maar een rustige avond. Morgen wacht nog een lange rit naar Las Vegas, waar we ons nog eens helemaal laten gaan vooraleer we op het vliegtuig naar huis stappen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *