Van limoenchips en kaas uit een spuitbusje

Salt Lake city ligt alweer achter ons. We zijn nog eens zo’n 350 km zuidelijker gereisd vandaag. De route was weer meer dan de moeite. Het eerste stuk was niet zo boeiend: op de interstate is het altijd rechtdoor en bovendien was het het eerste anderhalf uur ontzettend druk, met veel vrachtwagens en zo… Maar goed, je kan er natuurlijk wel sneller rijden, dus af en toe moet het gewoon.

Van zodra we van de interstate verlaten, wordt het een stuk rustiger. Eerst een paar kleine plattelandsstadjes, allemaal heel verzorgd, zo weggelopen uit een boekje. De stadjes hebben zelfs een parkje met picknicktafeltjes, waterfonteintjes en propere toiletten. Wat heeft een mens meer nodig?

Eenmaal de stadjes voorbij volgt alweer een schitterende opeenvolging van landschappen. Eerst herkenbare vruchtbare streken met velden en weiden, koeien en tractors en boerderijen, bijna zoals bij ons, maar dan honderd keer zo groot. En daarna zijn ze er weer: die enorme, met gras en struiken begroeide heuvels (eigenlijk bijna bergen) waar je dan urenlang vrolijk doorkronkelt.

We zagen opnieuw ontzettend veel dieren (twee herten, meerdere chipmunks, enkele grote vogels), maar helaas dit keer dood langs de weg. Ze zouden die dieren toch echt eens moeten leren hoe ze de straat oversteken.

Net voor we het hotel bereiken, weer een dramatische wijziging: rode rotsen, zo ver we kunnen kijken. Prachtig! En dan ineens: politie op de straat. Er is een camper de gracht ingereden en gekanteld. De chauffeur was waarschijnlijk zo onder de indruk van het uitzicht dat hij eventjes afgeleid was.

Vandaag hebben we ons ook eens laten gaan op culinair vlak: na het shoppen in de Wallmart hebben we altijd wel iets mee dat we niet kennen. Zo probeerden we al chips met limoensmaak – nooit doen, het is echt niet lekker. Vanmiddag wilde Sander kost wat kost kaas uit een spuitbus proberen: ook niet echt fantastisch, en het ziet er heel erg vies uit. Ruben en ik wilden vooral de jelly’s eens proeven. We kozen voor limoen. Je zou denken dat we na de limoenchips geleerd waren, maar nee hoor. Eerst en vooral is de textuur van zo’n jelly heel vreemd: het lijkt nog het meest op van die gelkaarsen, of gelbolletjes voor in een vaas. En dan de smaak! Bij limoen is het alsof je Sprite eet met mes en vork: je raadt het al, niet zo’n succes dus.

Na de lange rit konden het zwembad en hot tub van het hotel ons wel bekoren: beetje zwemmen, beetje lezen, beetje zonnen… en dan iets eten in het Rim Rock Café aan de overkant, met het prachtigste uitzicht dat je je maar kan indenken. Meer moet dat echt niet zijn!

Meer foto’s volgen als het internet wat sneller werkt. Kom zeker nog eens kijken.

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *